Terwijl er binnen van alles gezaaid werd de laatste weken, valt er buiten en in de diepvries niet veel meer te rapen. We sukkelen langzaam in het zogenaamde hongergat, de periode in de lente waar er nauwelijks verse groente te oogsten vallen.
Was er hier een wintermoestuin, dan kon ik nu wellicht asperges oogsten, of nog beter hoppescheuten die Peter Goossens dan voor 100 euro per kg zou mogen komen afhalen in Petegem (een beetje dromen mag he).
Maar toch zijn er buiten een paar overlevers te spotten: kervel en een bescheiden plukje winterpostelein.
En Sueh-Li-Hung, Chinese mosterdsla met pittige blaadjes die de winter overleefde en nu in doorgeschoten vorm staat te blinken in onze tuin.
En dan deze favorietjes, in de herfst gezaaide tuinbonen die ons hopelijk binnen een maand van de eerste labbonen zullen voorzien, maar mij nu al opvrolijken met de lekker ruikende typische zwart-wit bloemetjes.
En tot slot kreeg ik deze foto van buurvrouw Sien, die elke week een moedige poging doet om een slaatje op tafel te toveren met groente uit eigen tuin of wildpluk. Met o.a. wilde rucola, daslook, look zonder look, mosterdblad, peltaria alliacea en vogelmuur. Mooi he!
En als dat niet voldoende zou zijn, kunnen we de hunger gap natuurlijk nog bestrijden met chocolade unicorns, die naar het schijnt morgen hier uit de lucht zullen vallen... Zalig Pasen alvast!
Zalig Pasen!